Vanaf 2022 wordt de loonkostensubsidie (LKS) over gemeenten verdeeld op basis van gerealiseerde uitgaven. Eerder ging dit via het ‘verdeelmodel bijstand’. Wat zijn de gevolgen voor de vangnetuitkering?

Er zijn geen gevolgen voor de voorwaarden om in aanmerking te komen voor een vangnetuitkering. Dat zit zo: gemeenten ontvangen van het Rijk middelen voor het bekostigen van (bijstands)uitkeringen in het kader van de Participatiewet, IOAW, IOAZ en Bbz 2004 (levensonderhoud ondernemers) en voor de inzet van loonkostensubsidie (LKS). Deze middelen worden ook wel ‘BUIG’ genoemd. Het deel van het macrobudget dat is bestemd voor de bijstandsuitkeringen wordt verdeeld met een objectief verdeelmodel (behalve voor gemeenten tot 15.000 inwoners). Het deelbudget voor loonkostensubsidie wordt vanaf 1 januari 2022 verdeeld op basis van de gerealiseerde uitgaven in het voorgaande jaar. De voorwaarden voor het vangnet hebben betrekking op het geheel aan budget en uitgaven voor bijstand en loonkostensubsidie, dus niet slechts voor het bijstandsdeel. De nieuwe wijze van budgetteren van loonkostensubsidie verandert niets aan die voorwaarden.